1. Krimpsnelheid van stof:
De krimpsnelheid van stof verwijst naar het percentage krimp van de stof na wassen of onderdompeling in water. Over het algemeen zijn de stoffen met de grootste krimpsnelheid synthetische vezels en hun gemengde stoffen, gevolgd door wollen stoffen en linnen stoffen, katoenen stoffen bevinden zich in het midden, met grotere krimp, en de grootste krimp is viscosevezel, kunstkatoen en kunstmatige wollen stoffen.
2. Factoren die krimp van de stof veroorzaken
(1) Verschillende stoffen hebben verschillende krimppercentages. In het algemeen geldt dat voor vezels met een hoge vochtopname, de vezels na onderdompeling in water uitzetten, hun diameter neemt toe, hun lengte neemt af en hun krimpsnelheid is groot. Als sommige viscosevezels een wateropnamesnelheid van wel 13% hebben, terwijl synthetische vezelstoffen een slechte vochtopname hebben, is hun krimpsnelheid klein.
(2) De dichtheid van de stof is anders en de krimpsnelheid is ook anders. Als de ketting- en inslagdichtheid vergelijkbaar is, zijn de ketting- en inslagkrimp ook dichtbij. Een stof met een hoge kettingdichtheid krimpt in de kettingrichting. Omgekeerd zal een weefsel met een inslagdichtheid groter dan de kettingdichtheid in de inslagrichting krimpen.
(3) Verschillende stoffen garentellingen hebben verschillende krimppercentages. De krimpsnelheid van stof met dikke garentelling is groot en de krimpsnelheid van stof met fijne garentelling is klein.
(4) Verschillende productieprocessen voor stoffen hebben verschillende krimppercentages. Over het algemeen moet de vezel tijdens het weven, verven en afwerken van de stof vele malen worden uitgerekt en is de verwerkingstijd lang. De krimpsnelheid van de stof met een grotere uitgeoefende spanning is groter en vice versa.